"SAN JUAN DE LA CRUZ AND JOHN DILG
Mijn God is een wreed geel insect dat zich vestigt waar het wenst. Clown! Ik val niet meer voor jouw trucs ! Mijn God is een duizendtal flitsen in een enkel klontje suiker. Nu dompel ik......."
Mijn god is een wreed geel insect,
hij nestelt zich waar hij wil.
Clown! Ik zal geen van je trucs meer
volgen! Mijn god is duizend flitsen in één
een enkel stukje suiker. Nu verdrink ik het in
koffie in je kasteel, net zoals
je twee kinderen voorbestemd zijn om te zijn, Katharina Trask.
De suiker verdwijnt, ik verdwijn. Ik veeg mijn
voorhoofd af. De gasten staren naar me en
vragen me of ik gek ben. Ik word gek.
Ik word al getransporteerd in de vlam van andermans ogen.
in de stalen, fluwelen pupillen van John
Dilga. Elke hap van zijn brood is
een storm. Ik zal buigen als een brug.
Ik zal deze grap verdragen. Waar zijn jullie, jullie
kleine wezens? Ik zal jullie opsluiten in een bijenkorf.
Insecten! Insecten! Gestreepte geurende
machines! Blijf waar je
was, vriend. Dwaal niet rond
de afgrond van mijn rechten-menselijke vezels.