donderdag 31 mei 2007

temperatuur en tijdsverschil


Een vreemde weergave van het weer van de laatste 101 jaar waarbij alle gemiddelde etmaal temperaturen op een glijdende schaal zijn gesorteerd maar waarbij gekeken word naar het aantal etmalen verschil die er tussen 2 naast elkaar gelegen temperaturen zijn.
bv. 14-2-1929 is met -15,4°C net iets kouder dan 1-1-1997 met -14,9°C (en er bestaat nog geen datum waarop er een temperatuur was die tussen deze beide etmalen past), maar het tijdsverschil tussen beide is 67,88020792 jaar.
De sequentie van de tijdsverschillen is relatief tov. de absolute datums die gekoppeld zijn aan de volgorde van het etmaalgemiddelde op de glijdende schaal van temperatuur en deze wijzigt zich met elke nieuwe etmaal en zijn gemeten etmaalgemiddelde.
Zo worden de naastgelegen datums van 31-12-1998 dus 23-11-1961 en 27-10-1958
en de naastgelegen datums van 1-1-1999 worden dan 8-11-1961 en 21-4-1982 louter omdat hun temperaturen van het etmaalgemiddelde elkaar direct in lijn opvolgen.
De bovenstaande grafiek toont al die tijdsverschillen als een histogram met 101 kolommen. De kans dat een etmaal binnen 1 jaar naast het etmaalgemiddelde van vandaag valt (omdat het gelijk is, een iets kleiner danwel groter is dan het etmaalgemiddelde van vandaag) is hetzelfde als de kans dat er tussen twee naast elkaar gelegen etmaalgemiddelden 1 jaar of kleiner tijdsverschil bestaat en dat is 825/37026≈1/45≈2,23% van alle gemeten dagen.
Stats C:
0 jaarfractie
N 37026
Min 0,00273224
Max 100,984
Sum 1,24236E06
Mean 33,5537
Std. error 0,124679
Variance 575,563
Stand. dev 23,9909
Median 29,2693
Skewness 0,565423
Kurtosis -0,611411
Geom. mean 21,8884
Opmerkelijk genoeg zijn er tijdsverschillen die minder frequent voorkomen (zie in bovenstaande afbeelding de rode kolommen) dan de verwachting mag zijn.
De kans dat twee naast elkaar gelegen temperaturen een tijdsverschil hebben in de orde van 5 jaar is lager dan de ernaast gelegen tijdsverschillen. Dit geldt ook voor
de ordes van 20 jaar, 33 jaar, 61 jaar en 83 jaar
Het wijst op een (significant?) patroon?
Er is natuurlijk een voorkeur, nl. de kans is groter dat twee temperaturen dichter bij elkaar liggen als er niet meer dan 3 maanden tijdsverschil tussen is.
Voor het eerste jaar is de kans ongeveer 349/825 (≈42,3% van alle jaardagen) dat de temperatuur van twee etmaalgemiddelden ongeveer dezelfde waarde hebben als er niet meer dan 3 maanden tijdsverschil tussen beide temperaturen liggen.

Opmerkelijk genoeg daalt diezelfde kans mee met het aantal jaren dat ertussen ligt (zie bovenstaande afb. met 404 kolommen).
Het verschil in frequentie tussen 1 kwartaaltijdsverschil vgl. met een halfjaartijdsverschil en ook met 9 maandentijdsverschil is wel te begrijpen, aangezien we dan de lente met de herfst of winter zouden vergelijken etc.
Ook hier is het aantal malen dat twee opeenvolgende temperaturen een tijdsverschil van 100 jaar hebben vele malen kleiner dan dat twee opeenvolgende temperaturen een tijdsverschil van 1 jaar of kleiner hebben.
Er zijn 8 datums tussen 1906 en nu die een tijdsverschil met de ernaast gelegen datum hebben die groter is dan 100, hiervan zijn er 4 met jaargang 1906.
Er zijn 814 datums tussen 1906 en nu met een tijdsverschil kleiner dan 1 met de ernaast gelegen datum, hiervan zijn er 8 met jaargang 1906

In excel ziet de histogram van de frequenties met andere kolombreedtes er zo uit:

Er lijkt een cyclus te zijn die zich elke 10 jaar herhaalt, een zonnecyclus?.
Hier zijn dezelfde gegevens nogmaals maar als lijndiagram:

Waarom er echter een verschil is in frequentie tussen een jaarlijks tijdsverschil, welke zelfs omgekeerd evenredig verloopt, ontloopt nadere analyse. We mogen voorlopig vastellen dat hoe groter een tijdsverschil is des te groter de kans is dat er een temperatuur komt die dat verschil breekt. Net zoals bij door het toeval gegenereerde getallen het absoluut verschil tussen elkaar opeenvolgende toevalsgetallen het resultaat uit vele kleintjes en enkele grotere bestaan. Een Qbasic programm laat dit zien:
--------------------------------
dim A(100001)
for k=1 to 100000
Z= int(rnd(1)*100000)+1
A(k)=Z
G= abs(A(k)-A(k-1))
print G
N=N+G
if G<50001 h="H+1:H1="H1+G">50000 then J=J+1:J1=J1+G
next k
print N/100000,H,J,H1,J1
--------------------------------------------------
Het gemiddelde N/totaal aantal worpen zweeft rondom 1/3 van het bereik van het aantal mogelijke toevallige waarden
De frequentie van de getallen kleiner dan de helft+1 van het aantal worpen is 3 keer zo hoog als de frequentie van de getallen groter dan de helft van het aantal worpen, resp. 75%:25%
De som van de partij kleiner dan de helft+1 van het totale bereik van het tijdsverschil is ongeveer gelijk aan de partij groter dan de helft van het totale bereik van het tijdsverschil resp. 50%:50%
Deze getallen vind men ook terug in de duizendbladsteelmethode van de I Ching, en ook de I Ching zelf bestaat uit twee grote stukken, 64 kleinere stukken en 384 hele kleine stukken (maar deze zijn hier wel een deelverzameling van). En ook in het diagram blijkt dat 74,4558% van de tijdsverschillen kleiner of gelijk te zijn aan 50. De verdeling van som van beide partijen blijken ook bijna gelijk te zijn aan elkaar.
Zo hebben de volgende datums (met hun etmaalgemiddelde temp.) een grote kans om in de toekomst in de squentie op te moeten schuiven aangezien hun tijdsverschil met een van hun ernaast gelegen datum groter is dan 100 jaar (indien gesorteerd op etmaalgemiddelde dan op minimum en vervolgens op maximum temp.):
11-12-1906--+8°C
19-2-2007--+5,7°C
3-3-2007--+6,4°C
30-4-1906--+7,2°C
15-6-1906--+10,6°C
1-5-2007--+15,3°C
17-6-1906--+16,2°C
20-8-2006--+16,5°C
Het volgende Qbasic programmaatje toont de voortschrijdende verdeling aan voor iedere
dag dat erbij komt.
---------------------
dim A(10100)
[start]
k=k+1
Z= int(rnd(1)*100)+1
A(k)=Z
G= abs(A(k)-A(k-1))
N=N+G
if G<51 h="H+1:H1="H1+G">50 then J=J+1:J1=J1+G
print k,N/k,H,J,H+J,H1,J1
If k=10000 then end
goto [start]
-----------------------------------
In de het gemiddelde, de frequentie verdeling en de verdeling van de som blijkt dan niets te veranderen.
Zo blijken er nu voor het het 1906 alleen al 186 etmalen te zijn met een tijdsverschil groter dan 50 jaar. Dit is 51% van het aantal dagen van het jaar 1906.
Over de gehele gemeten periode van 101 jaar (37027 etmalen) zijn er 9459 etmalen met een tijdsverschil groter dan 50 jaar.
We weten dat voor 1906 het aantal dagem met een groter tijdverschil dan de helft van het aantal gemeten dagen (dus 365) ook ongeveer 25% moet zijn geweest. Zo blijken er 75 van de 365 dagen in 1906 een tijdsverschil te hebben gehad groter dan 182,5 etmalen. Daarvan blijken 45 etmalen hedentendage nog steeds het predikaat te hebben dat ze een groter tijdsverschil hebben dan 50 jaar. 30 etmalen van 1906 hebben een tijdsverschil met het predikaat dat ze niet meer groter zijn dan de helft van het aantal gemeten etmalen, wat neerkomt op 12% van 365 etmalen. 141 etmalen van 1906 hebben vandaag wel een tijdsverschil groter dan de helft van het aantal gemeten etmalen en in 1906 niet. Het lijkt erop dat er ook een 75% (141/186) kans is dat een tegenwoordig groter tijdsverschil vroeger een kleiner tijdsverschil is geweest.
Hieronder is een afbeelding met het lijndiagram van de tijdsverschillen en nadien in de juiste sequentie naar tijd (1=1-1-1906 en 365=31-12-1906) gezet.


Even terzijde:
Er zijn dus vier soorten tijdsverschillen
kleiner dan helft naar groter dan de helft
groter dan helft naar kleiner dan de helft
kleiner blijft kleiner dan de helft
en groter blijft groter dan de helft
respectievelijk te vergelijken met: oude yin, oude yang, jonge yin en jonge yang.
Sterke lijnen zijn dan tijdsverschillen die nauwelijks gealterneerd hebben tussen kleiner of groter dan de vorige periode. Zwakke lijnen alterneren zeer vaak (herfst/lente?). Op de juiste plaats als het in de zomer zomers was?
Indien we nu ook nog kijken of het boven (yang) of onder (yin) het gemiddelde tijdsverschil van de tijdreeks ligt, kan men de acht trigrammen reconstrueren. Waarschijnlijk was de hele I tjing niet meer dan een weeralmanak.
De matrix hieronder geeft aan hoe het kan, je ziet dat dagen niet altijd hetzelfde tijdsverschil hebben, maar dat tijdsverschillen zeer lang achtereen hetzelfde kunnen zijn op een bepaalde dag. Groen betekent groter dan het halve tijdsverschil tussen de jaren en donkergroen geeft zelfs aan dat het tijdsverschil even groot is als het tijdsverschil met dat bepaald jaar en 1906. Ongeveer 48% ((783+17062)/37229) van alle vakjes zijn groen. En indien een vakje donkergroen is dan is op dezelfde dag een jaar later het tijdsverschil in dat vakje nooit lager dan de helft van het bereik maw. ongebroken. De enige uitzondering hierop is het eerstvolgende jaar (1907) dat volgt op het indexjaar (idg. 1906).
Ongeveer 2,1% van alle vakjes zijn donkergroen maar 8% van alle tijdsverschillen zijn kleiner dan 1.

De getallen worden verkregen door eerst alle dagen te selecteren van 1906 tot en met een bepaald jaar in de volgorde zoals die nu staat (dwz. met hun etmaalgemiddeldde temp. van koud naar warm, ook voor de minimum- en dan maximumtemp.), vervolgens hun tijdsverschillen onderling opnieuw uitrekenen en dan sorteren voor alleen die dagen uit 1906. Na zo'n 100 permutaties met de sequentie (elk jaar eenmaal) blijven de volgende 5 dagen over die ook nu nog dezelfde waarde hebben als in 1906 én kleiner dan 1 zijn en in al die tussenliggende tijd nooit veranderd zijn:
22-feb, 19-maart, 26-september, 4-oktober en 22-oktober. Dit betekent dan hun etmaalgemiddelde temperatuur op die datums vgl. met de ernaastgelegen etmaalgemiddelde temperatuur in de glijdende schaal nooit de waarde van het tijdsverschil veranderde welke het met de ernaastgelegen datum heeft en dus ermee altijd zijn positie zoals vastgelegd in 1906 in de sequentie behield. Er zijn 189 dagen in 1906 waarbij het hetzelfde tijdverschil niet wordt herhaald in de daaropvolgende jaren. Er zij dus 176 dagen waarbij het tijdsverschil dus doorloopt tot in de jaren na 1906 en waarvan er dus 5 (1,3%) nu nog steeds bestaan. De verhouding is ongeveer 50%:50%. (Indien men niet wilt weten wat er van een temperatuur geworden is maar waar het vandaan kwam dient men het hele berekeningsprotocol nog eens te doen maar dan beginnende met het huidige jaar, de verhouding wordt dan 182 dagen -doorlopende- staat tot 183 dagen,zie alhier.


Na verwerking van alle gegevens verkrijgt men de volgende diagram:

En indien er een klimaatcrisis zou zijn zou het dan een mooie curve zijn?
Echter vanaf 1931 is het minimale tijdsverschil 2 dagen en vanaf 1992 is het minimale tijdsverschil plots 9 dagen. Wat overreenkomt met de observatie dat de lente nu ongeveer twee weken eerder begint dan in 1906. Het eerste jaar waarin het grootste tijdsverschil kleiner is dan het tijdsverschil tussen 1906 en dat jaar is 1977.
Indien men de trend van de blauwe reeks uit bovenstaande grafiek doortrekt heeft over 90 jaar geen enkel jaar met 1906 nog een tijdsverschil dat kleiner dan 1 jaar is.
Het bestand is hier online te zien (excel 97-2003) of hier te downloaden:DivShare File - vegl-time2.xlsb (binair XLS bestand--office 2007 bestand)
Waarom niet gewoon etmaalgemiddelde temperaturen met elkaar vergeleken ipv. de verschuiving van tijdsverschillen met 1906? Omdat men aan de tijdsverschillen kan zien of zo'n vergelijk enige betrouwbaarheid heeft en met alleen etmaalgemiddelde niet. Zo blijkt de grafiek over de som van de percentielen er zo uit te zien:

Elke daling staat voor een vermindering in het aantal dagen met dezelfde tijdsverschillen. In formule: (B/365)+(B/A). Het zweeft netjes rond 1 en het uiteindelijke resultaat is altijd 1+(x/365), waarbij x het aantal rijen zijn die nog doorlopen van idg. 1906 tot nu.

Indien ik de bij alle gemeten gemiddelde etmaaltemperaturen van de laatste 101 jaar elk tijdsverschilletje een aparte kolom geef (weer in Past software) krijgen we het volgende resultaat:

en bij 37026 kolommen verdwijnt het omgekeerd evenredige verband uit de vorige afbeeldingen.
Een zwakke afspiegeling ervan vormen de 4 kolommen die steeds in grootte afnemen en beginnen na 19 jaar en elkaar opvolgen in lengte en tijd langs de groene lijn.
Indien het heden ten dage werkelijk warmer is geworden dan 100 jaar geleden dan zou dat verband ook zichtbaar moeten zijn.
Misschien is hiermee zelfs de werking van het geheugen verklaard, slechts door te zoeken naar dichtsbijzijnde datums die ook binnen een mensenleven vallen kan men keydatums produceren met een hoge connotatie.
Indien de aarde echt warmer wordt betekent dit ook een breuk in het collectieve geheugen aangezien in de toekomst bepaalde temperatuur data niet meer voorkomen en dus ook nauwelijks nog de kans hebben om de tijdsverschillen met de erbij behorende connotatie te triggeren.
Hieronder is een voorbeeld waarbij hetzelfde als in bovenstaande beschreven is gedaan, maar dan van een periode van de laatste 45+ jaar vanaf vandaag waarbij de periode verdeelt is in 180 kolommen.

Zo kan men van elke periode, locatie of persoon een tijdsverschillen-profiel maken,
hieronder is een 'fingerprint' van dezelfde periode/persoon als hierboven.


Maar indien ik van elke dag het verschil (afgerond in jaren) opteken tussen de tijdsverschillen met dezelfde dag het jaar ervoor en van elk jaar op zich het gemiddelde van die verschillen uitreken krijg ik de onderstaande diagram over de laatste 101 jaar:

Alleen 1949 heeft een gemiddeld verschil dat groter is dan 1 jaar
Het gemiddelde over de 101 jaar is 0,513
De eerste 33 jaar is het gemiddelde 0,482, de middelste 33 jaar heeft een gemiddelde van 0,519 maar de volgende 33 jaar is het gemiddelde 0,546. Dit vormt bijna een stijgende rechte lijn.
Het verschil tussen de tijdsverschillen wordt dus steeds groter.
Dit is echter schijn want een diagram van de gemiddelde verschil van elke decade na 1906 ziet er zo uit:

Het verschil tussen de eerste decade (06-16) en de negende decade (86-96) is maar liefst 0,162 groot en het grootste verschil zit tussen de 8ste en 9de decade, dat zou (al) kunnen wijzen op een klimaatcrisis?
Ook hier blijkt dat we nog te weinig gegevens hebben. Er is zelfs nog onvoldoende bewijs dat het einde van de wereld op 21 december 2012 enig effect op het klimaat zal hebben. Evenmin is er enig bewijs dat de veronderstelde klimaatcrisis katastrofaal voor de aarde is.
Tel ik het werkelijk aantal tijdsverschillen (niet afgerond!) per dag per jaar ongelijk aan het voorafgaande jaar dan krijg ik het volgende diagram:

Met een som van 2123 en een gemiddelde van 5,82 over de hele periode 1906-nu.
Dan heeft de nazomer/herfst duidelijk de grootste amplitude en de winter de kleinste amplitude.
Het komt echter slechts maar 5 maal voor in de periode 1906-nu dat in een gegeven jaar op twee opeenvolgende dagen de tijdsverschillen gelijk aan elkaar zijn: 1 maal in 1906, 3 maal in 1907 en 1 maal in 1908 op 7 aug, 28 okt en 24 november.
Wat dus even nietszeggend is.
Waarschijnlijk is de hele klimaatcrisis niet meer dan een rekenblunder door tegenwoordige weerfeiten te vergelijken met de weerfeiten van 100 jaar geleden waarbij statistich gezien eigenlijk alles (nog) mogelijk blijkt.
Klimaat is namelijk het gemeten gemiddelde over een periode van 30 jaar in een bepaald gebied. Theoretisch zijn we sinds 1906 al 3 klimaten verder en halverwege onze 4de klimaat.
Volledig normaal dus.
Voor de die-hards onder ons hier is de grafiek vanaf 1906 tot nu met alle etmaalgemiddelde temperaturen (TG) als punten in de grafiek en zijn regressielijn, er is nauwelijks een stijging, de correlatiecoefficient ervan is 0,0046204!!:

en dezelfde grafiek voor de laatste 40 jaar:

laat pas een lichte stijging zien, met een correlatiecoeficient van 0,079349.


Gelukkig heb ik meer verstand van bier.

politieke vernieuwing

Als we het hele politieke bestel willen herzien dan zie ik een optie:
politieke partijen zouden genoteerd moeten staan aan de beurs, wie wil er dan nog aandelen van?

vrijdag 18 mei 2007

klimaatcrisis v2.0


Hier is de reeks maximumtempraturen per dag vanaf 1 januari 1951 t/m vandaag grafisch weergegeven, zie je een duidelijke stijging? Ik niet.
De reeks is verkrijgbaar bij http://www.knmi.nl/klimatologie/daggegevens/download.cgi en bewerkt met excel. Voor antieke weerwaarnemingen kan men hier terecht: http://www.knmi.nl/klimatologie/daggegevens/antieke_wrn/index.html
Hieronder is de reeks maximumtemperaturen per dag vanaf 1906 tot vandaag:

Inderdaad, niks te zien! Men kan hoogstens beweren dat de laatste 10 jaar de maximumtemperatuur nauwelijks onder de -5°C geweest is (eenmaal -5.5°C op 8 jan 2003).

(Zelfde afbeelding als voorafgaande afb. maar dan streched)
Waarschijnlijk kan men met dezelfde 'bewijsgrond' beweren dat er tussen 1960 en 1987 een super kleine ijstijd gaande was.
De onderstaande afbeelding toont de normaal verdeling van alle dagelijkse maximum temperaturen die voorkwamen tussen 1906 en vandaag.

(Deze telt 62 kolommen maar met een andere kolombreedte ziet de histogram er anders uit)
De frequentie van de dagelijkse maximum tussen de 11°C en 20°C temperatuur is (met Past software) merkwaardig genoeg in de histogram tov. de normaal verdeling ondervertegenwoordigd. De twee pieken in de top lijken mij de overheersende lente danwel herfst dagelijkse maximumtemperatuur. Waar die piek van 11°C en 20°C bijhoren die mag het zeggen, waarschijnlijk hoort 20°C bij de nazomer. De frequentie van laagste- en hoogste maximumtemperaturen kan zelfs nog hoger om op de normaal verdeling te vallen.
Een ander merkwaardig fenomeen in de duur van de neerslag per dag (waarbij 240 voor 24 uur staat), is de dip in de meetreeks 1957 t/m vandaag. Die dip begint vanaf mei 1959 en duurt t/m december 1960, de duur van de neerslag is toen of verkeerd gemeten of verkeerd genoteerd (station maasticht, iemand heeft zitten te slapen want bij bv. station de bilt is datzelfde fenomeen niet zichtbaar, of zijn het de gevolgen van de productie van de eerste DAF 600's sinds maart 1959, anderzins kunnen ook de nederlandse staatsmijnen hieraan debet zijn, of een combinatie van beide?) ik kan geen andere verklaring vinden voor een lange periode van kortdurende buien waarvan het grootste dagelijkse totaal nog geen 180 minuten is. Een duidelijke deviatie de men faalde op te merken itt. een klimaatcrisis die geen zichtbare anomalieën vertoond.

Er viel in die periode echter wel de normale hoeveelheid neerslag, dat zullen dus plensbuien zijn geweest.
Hieronder zie je weergegeven de hoeveelheid neerslag per dag tussen 1957-vandaag. De grootste hoeveelheid over de hele periode is 82.7 mm regen.

De overheersende windrichting van de laatste 100 jaar blijkt 235 (het zuidwesten) te zijn, als goede tweede komt het noordoosten, maar het zuidoosten en het noordwesten zijn zwaar ondervertegenwoordigd, zie onderstaande afbeelding.

(0 staat voor variabele wind).
Hier is de hele weer data file 1906-vandaag om te bewerken als online .xls document voor je eigen knutselplezier.
De gemiddelde etmaaltemperatuur levert natuurlijk andere waarden op.
Hieronder is de afbeelding met een histogram van de etmaalgemiddelde vanaf 1-1-1906 tot vandaag. De afwijking is duidelijk.

In excel krijgen we het volgende resultaat voor alle etmaalgemiddelde van 1-1-1906 tot vandaag:
stats A:
Mean 99,30361628
Standard Error 0,347174328
Median 101
Mode 137
Standard Deviation 66,80467662
Sample Variance 4462,864818
Kurtosis -0,384989792
Skewness -0,176684842
Range 442
Minimum -154
Maximum 288
Sum 3676915
Count 37027
Ik ben benieuwd wat het gemiddelde is van de laatste 3 miljard jaar.
Onderstaande toont de laatse 500 miljoen jaar (wiki)

Voor de laatste 400000 jaar blijkt uit de Vostok ijskern dat de gemiddelde temperatuur over die periode 4,523914225°C lager ligt dan vandaag met als extremen -9,39°C en 3,23°C tov. vandaag.
stats B:
Mean -4,523914225
Standard Error 0,050333803
Median -5,1
Mode -7,64
Standard Deviation 2,896271938
Sample Variance 8,388391139
Kurtosis -0,629050222
Skewness 0,596858644
Range 12,62
Minimum -9,39
Maximum 3,23
Sum -14978,68
Count 3311
Zie afbeelding hieronder voor het histogram over bovenstaande periode:

(O staat voor de temperatuur van vandaag)
Onderstaand diagram toont de gemiddelde van elke 10 jaar vanaf 1906:

De gemiddelde temperatuur van 1-1-2006 t/m 31-12-2006 is 11,16191781°C
De gemiddelde temperatuur van 1-1-1997 t/m 31-12 2006 (een decade) is echter 10,79950712°C
Gossie, nu snap ik wat er met venus is gebeurt.
Tussen 1946 en 1986 was toevallig de tijd dat ze vreesde voor een nieuwe ijstijd.
Indien ik de bovenstaande diagram resultaten ijk met het 30 jarig gemiddelde van 1960-1990 welke de waarde heeft van 9,486867393°C dan blijkt bovenstaand figuur nauwelijks van vorm te veranderen.
Dit betekent ook dat in 2006 de gemiddelde temperatuur is gestegen met 1,675°C tov. de ijkwaarde van het 30 jarig gemiddelde.
Maar die stijging valt nog ruim binnen de standaard deviatie van 6,68°C van de stats A want de afwijking bedraagt 1.2315°C tov. de gemiddelde van 9,930361628°C.
Het valt bij het 400000 jaar gemiddelde echter wel buiten de standaard deviatie van 2,896271938°C bij stats B en mag dus als significant aangemerkt worden.
zie diagram:

De overschrijdingskans voor het gemiddelde van stats A tov. van het gemiddelde van stats B bedraagt (9,930361628-5,406447403)/2,896271938=1,557 en dit levert volgens de tabel de waarde 5,915% op, wat neerkomt op 1 op 16,9 of eens in 17 eeuwen.
De Vostok gemiddelde is geen deviatie in de contemporaine klimaat geschiedenis maar het huidige gemiddelde is wel een afwijking in een periode van 400000 jaar klimaat geschiedenis.
Is de evolutie niet geweldig om ons haar te laten verliezen en het warmer te laten worden, hieruit blijkt toch de dominantie van de westerse cultuur waarin angst voor naaktheid leidt tot een warmer klmaat!
Indien de gemiddelde temperatuur elke 15 jaar met 1,675°C toeneemt, dan is over 825 jaar de gemiddelde temperatuur 101,612°C en dat is te veel voor elke PC
Meer statistische wetenswaardigheden: http://www.euronet.nl/users/e_wesker/weer/stats.html

wierd al

woensdag 16 mei 2007

WM Sexual Assault: Overview > Stages of Sexual Assault

WM Sexual Assault: Overview > Stages of Sexual Assault
This is interesting and makes every mailman (f/m) a rapist, for (s)he intrudes (unasked) your life with flyers and folders then desensitizations it and gains trust with you by only using the letterbox and last but not least you are getting isolated by getting only mail and nothing more.
How hysterical can this BS be?

dinsdag 15 mei 2007

Tegenlicht -> Afleveringen -> Outfoxed

Tegenlicht -> Afleveringen -> Outfoxed
"Fair and Balanced" luidt de slogan van het Fox News Network, een van Amerika's grootste nieuwszenders. De nieuwszender geeft hiermee aan de deugd van de neutraliteit hoog in het vaandel te dragen. In Outfoxed wordt de zeepbel van zelfverklaarde objectiviteit echter stevig doorgeprikt.

zondag 13 mei 2007

global dimming



Its armageddeon, again!
The cooling effect of air pollution-particles was in the 70's the main reason not to interfere with the climate processes (ice-age or global warming issue) in the first place, as in them days a teacher explained to me! So here it is, the evidence that bullshitting around from these political envirementalists only made things worse and out of balance. Gee, thanks for their (irresponsible) concern and 'warm' feelings.
And US and australia should shut up about global warming or ratify the Kyoto protocol and put their money where their mouth is. And then tinker with the earths future towards an cataclysmic end, before turning global warming into global panic.
Or while their at it, why not declare the roomtemperatuur of 20C as the normal average year temperatuur and set that as our climate-goal, that would please everybody. A nice incentive could be a fine for every day that it isn't exactly 20C, assholes. Soylent green IS people, tell them.

vrijdag 11 mei 2007

kans op leven

de kans op leven is eigenlijk een sinpele rekensom:
de reikwijdte van temperatuur is -273,16 C tot 1030 Kelvin of meer, hiervan is levensvatbaar ongeveer 0 tot 40 graden, dat is dus 40/(10^30)
Vermenigvuldig dit met de locatie in het universum: de spanne van de grootte van een virus tot de lengte van de grootste dinosuarus tov. de kubieke inhoud van net hele universum oftewel ongeveer 45 meter/(∞-1)
En vermenigvuldig dit met de spanne van levensduur (enkele minuten tot een eencellige zich deelt tot de langste levensduur weleke is van de schildpad) versus de leeftijd van het heelal van ongeveer 14 miljard dwz. 140 jaar/14 miljard jaar.
De enige fout in de redenering is dat we niet weten of het heelal leeft.
De volgende nalatigheid is dat de volume van het heelal toeneemt en de dichtheid afneemt met de ouderdom van het universum.
Met bovenstaande (onbewezen) premisse zou voor enig plek op elke tijd in het universum de conclusie -∞ moeten zijn. De officiele en geaccepteerde formule is echter de Drake-vergelijking
Indien mijn redenering waar is, is het leven dus eigenlijk niet meer dan assimilerende dode materie, een definitie-wijziging want anders klopt de conclusie niet. Wat wordt bevestigd door het ontbreken van een ziel in ieder mens. Toeval?
Het was te verwachtten dat na de dood van God de ziel ook geen nut meer heeft.
Indien we de zwaartekracht meenemen in de berekening met een 10% tolerantie aan de aardse zwaartekracht (wat dan een spectrum geeft van ongeveer 8.82 m/s2 tot 10.78 m/s2), tussen volledige gewichtsloosheid en een zwart gat behoort dan 1.96/331 m/s2 tot de levensbarende kans. Maar ja, fysica was nooit mijn sterkste kant.

swades


Swades: een mierzoete bollywood film maar met de morele boodschap om zelfredzaam te zijn idg. met behulp van een waterkrachtgenerator om te voorkomen dat in het dorp telkens de electriciteit wegvalt. Hoe ze aan die materialen kwamen (of de benodigde financiele middelen) wordt netjes in het midden gelaten (microkrediet?). Eindelijk kan het dorpje zich in de vooruitgang storten. Tot zover eind goed al goed.
A must voor elke pessimist.

maandag 7 mei 2007

vrijdag 4 mei 2007

taps



For those whose bravoury was our liberation

En hier is een webcam met een blik op de dam.

donderdag 3 mei 2007

Irak


Indien de olievoorraden en reserves binnenkort toch opraken (en hiermee eigenlijk ook het klimaatprobleem is opgelost) wat doen die amerikanen dan in Irak behalve het fundamentalisties materialisme propaganderen?
Een democratie stichten waarin elke mening is 'gleichgeschaltet' en andersdenkenden het zwijgen wordt opgelegd in het hypocriet landsbelang?
Ja, Amerika is 'a great nation' ook in eigenwijsheid; het is zelfs typisch amerikaans om de prioriteiten verkeerd te hebben.
De bevrijding van '45 is ze naar het hoofd gestegen en heeft ze arrogant gemaakt.
De vrije markt en haar werking samen met de bijbel, naast militaire bases in bijna elk land ter wereld, PC's om overal in je hoofd te kunnen kruipen en geen enkel alternatief, dat is geen optie maar 'business as usual'.
We mogen de glorie van 'the american empire' nog tegemoet zien in de technologische verniewingen en voortschrijdende globalisering.
Is het einde van de Islam hiervoor noodzakelijk?
Het lijkt dat Bush niet rationeel handelt maar slechts exponent is van dit tijdsgewricht waarin de fase van een opkomend imperium naar zijn einde loopt, het lijkt zelfs dat hij dramatiseert. Het uitbannen van alle armoe en het klasseverschil daarin vergeten is amerika's grote kracht. In het nieuwe imperium zijn alle mensen hoofdzakelijk consumenten. Consumenten van geluksgevoelens, pragmatische marketingsconcepten en een eindeloze reclamereeks van een onbereikbaar geidealiseerde egotrip.
Indien amerika niet snel de echte les van 9/11 leert, zal de islam hiervan de slachtoffer blijven omdat de situatie blijft steken in wraakzucht.
Of de islam sterk genoeg is om dat zevenkoppig monster een hoofd te bieden moet nog blijken. Er staat ze nog een tsunamie van amerikanen te wachten, en de enige tegenstander die de amis duchten en serieus nemen is de economie.
Als je de 'american way of life' afzet tegen de 'european way of being' en
dit vergelijkt met de 'islamic way of listening' dan hebben die arabieren toch nog een goeie kans, ook helpt de klimatologische verandering hun een handje mee want welbeschouwd gaat de hele oorlog tussen een stelletje woestijnnomaden en een stelletje eskimoos.

Wilders, eat your heart out.

vicky leandros 1967