Van der Woud beschrijft dat in de 19e eeuw de overheid gezondheid en hygiëne in de achterbuurten een privé-aangelegenheid vond. Hooguit stuurde het gemeentebestuur een strontkar langs. Nu noemt minister Schippers overgewicht de “eigen verantwoordelijkheid” van de burger, en zegt geen “betutteling” voor te staan.
Maar zoals cholera niet door onhygiënische armeluisgewoonten werd veroorzaakt maar door hun woonomstandigheden, wordt iemands gewicht niet alleen door slechte gewoontes bepaald, maar voor een flink deel door de buurt waarin hij woont.
Hoe groot dat effect is kun je alleen uitvinden door mensen met huis en al op te tillen, in een andere wijk neer te zetten, en na tien jaar hun buikomvang te meten. Dat is precies wat het U.S. Department of Housing and Urban Development gedaan heeft. In samenwerking met een econoom van de Universiteit van Chicago bood men aan 4500 vrijwilligers in de sociale huursector een loterij aan. Er waren drie mogelijke uitkomsten: een deelnemer kreeg huursubsidie als ze naar een woning in een dichtbijgelegen, maar betere buurt verhuisde; of ze kreeg de traditionele subsidie voor een nieuwe woning; of niets. In ruil voor het meedoen moesten de huurders bloed afstaan en werd hun gewicht bijgehouden.
Dat de wijk waar iemand woont en zijn gezondheid samenhangen was al bekend: bewoners van achterstandswijken leven gemiddeld vijftien jaar korter dan bewoners van dure wijken. Maar of dat door karakteristieken van de buurt komt (de Starbucks of Dönerplaza om de hoek) of door eigenschappen van de wijkbewoners (voorkeur voor bakfiets of scooter) werd nog betwist.
De resultaten van het verhuisexperiment leveren stevig bewijs voor het eerste. De mensen die met al hun eigenschappen, gewoontes en scooters naar een rijkere buurt mochten verhuizen, hadden na tien jaar vijf procent minder kans op overgewicht en een lagere kans op diabetes dan degenen die binnen hun eigen buurt mochten verhuizen. Ter vergelijking: medicijnen en begeleiding bij het volgen van een dieet zorgen na één jaar voor hooguit vier kilo gewichtsafname, en dat effect is niet blijvend.
De studie bewijst dat in ieder geval een deel van de obesitasepidemie door de omgeving veroorzaakt wordt- net als bij cholera. En – net als in de 19e eeuw – is nu de politieke gelatenheid ten opzichte van volksziekte nummer 1 onverdedigbaar. Obesitas is niet de burgers “eigen verantwoordelijkheid” maar vergt dure, soms impopulaire maatregelen: zoals de Deense vettax, een verbod op snackbars rond scholen, buurtverbeteringsprogramma’s. De uiteindelijke structurele oplossing van cholera was de vervanging van de strontkar door het rioolstelsel. Dat vergde een behoorlijke investering, maar ik ervaar het niet als betutteling.
Eva van den Broek onderzocht tijdens haar studie Kunstmatige Intelligentie wat vrouwtjesvogels sexy vinden aan ritmische liedjes, en liet ze zien dat Nederlanders het weerbericht niet snappen. Nu laat ze studenten in een computerzaal met elkaar onderhandelen en onderzoekt zo hoe mensen een reputatie opbouwen. Daarnaast werkt ze aan haar proefschrift “Keeping up Appearances”.