Gisteren gepubliceerd, vandaag uitgemeten in de media, zoals Elsevier, Scientias en NU.nl: rechters oordelen milder na een lunchpauze.
De resultaten, te vinden in het tijdschrift PNAS, lijken voor zich te spreken. De Amerikaanse en Israëlische onderzoekers, onder leiding van Liora Avnaim-Pesso, bekeken meer dan elfhonderd beslissingen van Israëlische rechters. De ambtenaren beslisten telkens of een gevangenge voorwaardelijk vrij mocht gaan, of niet. In de belangrijkste grafiek van het onderzoek – hieronder – zie je de resultaten samengevat.
In deze grafiek zie je de resultaten samengevat. Van links naar rechts het tijdsverloop op de dag, van boven naar onder de gemiddelde verhouding tussen positieve en negatieve beslissingen, gemiddeld over alle uitspraken. De pauzes zijn vaste tijdstippen. Afbeelding: © PNAS
Elke rechter heeft gemiddeld zo’n drie sessies van enkele uren per dag. Opvallend is dat het gros van de positieve oordelen, volgens Avnaim-Pesso een ‘ja-woord’ op voorwaardelijk vrij, vooral in het begin wordt afgegeven. Naarmate de sessie vordert lijken rechters strenger te worden. Na de vaste pauze – koffie, broodje, wat dan ook – is de strengheid verdwenen en zijn de meeste oordelen weer mild.
Avnaim-Pesso vindt haar werk belangrijk, omdat hun onderzoek bewijst dat ‘de beslissingen van rechters makkelijk kan worden beïnvloed door ogenschijnlijk onbelangrijke dingen als een lunch.’
Maar dat is misschien een wat boude conclusie. Dat ook rechters niet immuun zijn voor menselijke, psychologische verschijnselen is logisch, maar of de verdeling zo scheef kan zijn door een lunch is maar de vraag. De psychologen laten in hun onderzoeksartikel niet weten in hoeverre ze andere belangrijke factoren naast de lunchpauze hebben meegenomen in hun waarnemingen. Daardoor valt moeilijk uit te sluiten of de positieve oordelen aan het begin van elke sessie misschien door iets anders dan een koffie- of lunchpauze worden veroorzaakt.
Zou een lunchpauze enorme invloed hebben op het soort beslissingen dat een rechter neemt? Afbeelding: © anshu_si, Flickr.com
Volgens Peter van Koppen, rechtspsycholoog aan de Universiteit Maastricht (UM), kan het ook zo zijn dat de wat eenvoudigere, lichte zaken, bewust aan het begin van elke sessie werden gepland. “In Nederland doen rechters dat ook vaker”, vertelt hij aan de telefoon. “Eerst de milde zaken afmaken, zodat je later rustig aan de ingewikkelde zaken kan werken.”
Bovendien, voegt Van Koppen eraan toe, komt er bij een voorwaardelijke vrijheidsbeslissing meer kijken dan een simpele ‘ja’ of ‘nee’. Dat het onderzoek niet ingaat op deze nuance, maakt het volgens hem “soepig”.
“Ik zou me er niet al te druk over maken”, zegt Van Koppen. Hij denkt niet dat Nederlandse rechters zo ernstig worden beïnvloed door hun lunchpauze als in Avnaim-Pesso’s onderzoek wordt gesuggereerd. “In Nederland nemen rechters helemaal niet dezelfde soort beslissingen als in dit Israëlische onderzoek. In Nederland zijn politierechters de enige die direct na de zitting een uitspraak doen. Andere rechters gebruiken heel precies geregelde beslistermijnen.”
Zie ook
- Op de stoel van de rechter (Kennislink)
- Beeld zegt niet meer dan taal in strafproces (Kennislink)
- De moeizame verhouding tussen recht en wetenschap (Kennislink)
en psychologen zijn dommer na een cafebezoek.