De reden dat we geen aliens ontdekken is omdat de aarde ongenaakbaar en afstotelijk voor hun moet zijn indien ze bestaan in het uitdijende heelal.
Ook op aarde zelf zijn deze twee universele krachten werkzaam.
In kunst, politiek, cultuur en beschaving, de ongenaakbaarheid van het hemelse en het afstotelijkheid van het aardse geeft richting aan elke onderneming.
Van alle dieren is de mens de meest afstotelijke en illustreert dat zichzelf door zich achter apparaten te verstoppen, en ongenaakbaar in zijn gebruik van taal als communicatiemiddel. Met taalgebruik heeft de mens de mogelijkheid tot liegen, en haar beschaving om zich zo hard ongenaakbaar te liegen tot zijn afstotelijkheid een onschuld verwerdt. Dat is ook de wijze waarop we de natuur/aarde zelf uitgeput, geplunderd, vernietigt en gedehumaniseerd hebben, door beschaving.
In de huidige politiek gebeurt hetzelfde: de elite is afstotelijk ondanks hun wil tot compromissen en de nieuwe ongenaakbaren staan op de drempel van de macht om hun afstotelijkheid te laten wegen door de afstotelijke danwel ongenaakbare (virtuele) volksmassa. Het warm en open intermenselijk contact is daar al vervangen wegens afstotelijkheid door de vorm en inhoud van een gesprek binnen een mist van onverschilligheid dankzij de media, als er al een gesprek plaatsvind.
Het inerte afstotelijke idee van evolutie op aarde is tevens en in de korte toekomst niet meer op mensen toepasbaar, aangezien we ons eraan zullen ontworstelen tot we ongenaakbaar zijn met alle techniese hulpmiddelen die tot onze beschikken komen.
De liefde is in een koude werkelijkheid met deze twee krachten een inflatoire gravitatie van afzichtelijkheid, want ook voor deze filosofie zelf geldt dat ze op den duur afstotelijk of ongenaakbaar zal moeten zijn.